Varen
Door: Jordi
Blijf op de hoogte en volg Jordi
28 Oktober 2017 | Canada, Port Hardy
Tijd om in te pakken. Mijn collega introduceert zich; Oliver, een vriend van Dylan. Wij koken en eten, hij is druk op zijn telefoon. Truck inladen, wat laatste dingen oppikken en dan rijden. Klassieke opstelling; Colleen stuurt, ik verzorg de muziek en Oliver ligt languit. Nog steeds is de lucht rokerig, maar af en toe zijn er silhouetten zichtbaar van bergen. Wat uren rijden, tanken, wat eten, rijden. Het wordt nog wat helderder en het zonnetje is daar. We halen Larry af van het vliegveld en rijden naar de boot. De eerste blikken. Bij het spullen overladen heeft Oliver dikke pech als zijn telefoon uit zijn zak valt. Plons, weg. Ik krijg de huisregels uitgelegd en mijn bed-voor-de-nacht aangewezen. Rondleiding. Niet veel later is iedereen geïnstalleerd, ik lees nog wat in m’n bunk. Knus.
De eerste nacht was prima en voor het ontbijt van verse wafels geldt hetzelfde. Voor een vijfdaagse trip met 6 mensen is een heel hoop eten nodig, en we laden twee karren helemaal vol met boodschappen. Inmiddels is ons laatste crewlid ook gearriveerd; Larry’s oudere broer Harold. Ontdokken en even een 10000 kilo ijs ophalen, dat via een slurf in het ruim wordt gespoten. Tanken, olie verversen (waarbij ik een handje help), het is een hoop voorbereiding voor zo’n trip. Aanleggen, uitgebreid lunchen. Daarna gaan de meesten voor een dutje, ik lees wat en dommel nog even. Nog wat laatste boodschappen. Diner en wanneer de observeerder is aangekomen kunnen we vertrekken. Rond kwart over negen beginnen we met varen, het is 10 tot 12 uur varen naar de visgronden, zodat de netten de volgende ochtend direct uit kunnen. Colleen neemt de eerste stuurwacht, ik vergezel haar een tijdje. Mijn slaapplaats is verplaatst naar de combuis. De plakker tegen zeeziekte zit achter het oor, de gravol pil is geslikt. We gaan het meemaken.
Ondanks een wat schommelend bed best goed geslapen. Snel ontbijten, de eerste ophaling gaat bijna plaatsvinden. Het is een relatief kleine lading, uitermate geschikt om mij op te warmen. Aangezien ik een aantal soorten al met de verkoop voorbij heb zien komen, ben ik niet geheel onwetend. Met een soort prikkers, een houten handvat met een kromme stalen haak eraan, sorteren we de vis. Daarna wordt het in verschillende gedeeltes van het ruim gestort, met tussenlagen ijs om het zo vers mogelijk te houden. Ondertussen worden de netten weer gezet, en zo begint het riedeltje weer van vooraf aan. Tussen het neerlaten en ophalen zit 2 á 3 uur, tijd waarin we eten, drinken, wat lezen of een tukje doen. In totaal doen we 5 ophalingen die dag, de laatste rond 22:00. De boot blijft dobberen en iedereen gaat plat.
Het net staat al weer uit, ontbijten en ophalen. Het is een kleine vangst. De weersverwachting is niet best en we varen naar de beschutting van het land. Het weer wordt steeds onstuimiger, maar in de boot merken we er weinig van. We gaan voor anker en voeren de hele dag niet meer uit; eten, praten, lezen, that’s it. Beetje bij beetje kom ik erachter hoe dingen werken en waarom ze zo zijn. De observeerder is een externe die bij wet verplicht meevaart, maar wel uit eigen zak betaald moet worden. Deze controleert of de visser zich aan zijn licenties houdt, en of te kleine exemplaren terug worden gegooid. Tellingen (meer schattingen) van de vangst worden bijgehouden, hetzelfde voor bijvangst. De observeerde wisselt bijna per tocht en kan een flinke hinder zijn tijdens de dagelijkse werkzaamheden, niet in de laatste plaats door het gebrek aan ruimte.
De volgende dag is de zee nog steeds ruw, maar het net gaat toch uit. Snel ontbijten. De vangst is vrij mager. Vis verwerken. De golven vallen niet goed en ik voel me steeds beroerder. Zelfs de frisse buitenlucht red me niet meer en ik schenk m’n ontbijt aan de vissen. Dat lucht op. Voorzichtig wat eten om de maag te kalmeren. Gravol, water drinken en even liggen helpen me er bovenop. We zijn ook wat dichter bij de kust gaan varen, het is precies genoeg. De rest van de dag halen we nog een paar ladingen binnen, maar storm lopen doet het niet. Eerder had ik al kabeljauw leren schoonmaken, nu doe ik ook schol. Incisie, weefsel lossnijden, ingewanden eruit wippen, klaar.
Het ritme zit er in; ik weet steeds beter wat er moet gebeuren en wat ik kan doen, en wanneer. Ik ga een aantal keer het ruim in om lagen ijs te scheppen, het is vrij krap daar. Zoals overal wel eigenlijk. We hebben een aantal grotere vangsten gedaan, maar het hoogtepunt van de dag is een flinke groep tuimelaars die rond de boot zwemt. Omdat er de eerste paar dagen weinig vangst was moeten we dat compenseren met de laatste paar dagen, Larry is voortdurend aan het proberen de beste visgronden te vinden, door middel van sonar en radar, en belangrijker, ervaring. Bij de tweede vangst hebben we vier splitten, dat wil zeggen, het net is zo vol dat hij in etappes moet worden leeggestort op het dek. Daar doen we het voor. Kabeljauw, schol, kanaries schoonmaken. Ik begin mezelf aardig te ruiken. Niet al te best geslapen door ruwer weer, dat begin ik te merken tussen de vangsten door. Het weer slaat verder om, regen, winderig. Door de volle ruimen liggen we dieper, af en toe een mooie golf die tussen laars en broek doorslaat, of over m’n mouw. Het wordt later, we gaan al richting haven en doen nog een laatste ophaling in ondieper water, gericht op andere soorten vis. Een laatste schoonmaakronde en vlot naar bed.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley